Lepelsnijden: groenhoutbewerking bij Het Lepelhuis

Bedenk eens hoe vaak je een lepel gebruikt op een dag? Dit eenvoudig voorwerp maakt deel uit van ieders leven. Van het roeren in onze koffie in de vroege morgen tot het uitlepelen van je dessertje ’s avonds laat. Een lepel is het eerste gereedschap dat we leren te gebruiken als kind en dit gaat zo al duizenden jaren. Het overgrote deel van lepels die ooit werden gemaakt waren van hout. Het maken en gebruiken van houten lepels is heel oud, al van ver voor onze geschreven geschiedenis. Een lepel is in zijn functionaliteit zeer eenvoudig: een holte om iets op te scheppen of te verplaatsen wat men met de vingers niet zo goed kan, liefst met een handvat om het vast te houden. In groot contrast staan de eindeloze vormen en houtsoorten met hun specifieke eigenschappen en patronen die elke lepel uiteindelijk uniek maakt.

De laatste lepelsnijder van Vlaanderen was Flamand uit Roeselare die zijn laatste lepels sneed in 1920. Toch ongelooflijk te bedenken dat maar een paar generaties terug er nog Vlamingen waren die de kost verdienden met dit ambacht en hoe snel deze kennis en kunde of zelfs de herinnering er aan zijn verloren gegaan. Dit fantastische ambacht wil ik niet alleen terug tot leven roepen in Vlaanderen maar ook een nieuwe, zinvolle en duurzame toekomst geven!

Het Lepelhuis staat voor ambachtelijk houtsnijwerk. Ik maak uit vers lokaal (snoei)hout functionele of sierlijke voorwerpen met eenvoudig handgereedschap.

Een verse stam, die ik meestal krijg, klief ik op maat. De eerste stappen naar de uiteindelijke vorm gebeuren met een bijl. Daarna ga ik vooral met messen en gutsen (gootvormige steekbeitels) aan het werk om het product te snijden. Na het drogen worden de producten behandeld met walnotenolie. Ik maak hoofdzakelijk lepels in alle vormen en maten, maar ook schalen, kommen, potten en sieraden.

Naast de verkoop van lepels en andere handgesneden houten voorwerpen (juwelen, tassen, kommen, potten) geef ik ook workshops en cursussen in het Lepelhuis, het Lepelbos of bij jou ter plaatse. Elke donderdagavond is er ook Lepelclub in het Lepelhuis. Samen snijden, delen van kennis en ervaring en vooral veel gezelligheid. Op die manier begint het snijden van lepels en ruimer het groenhout bewerken meer en meer opnieuw verspreid te worden over Vlaanderen.

Het is fantastisch om te zien wat een dag met je handen werken soms doet met een mens. Bijna altijd merk ik dat mensen tijdens workshops na een aantal uren werken in een soort flow verkeren en totaal gefocust zijn op hun werk, hun handen en hun creatie. Sommigen beschrijven het als heel ontspannend, voor anderen werkt het bijna therapeutisch. Veel studenten beschrijven de rust als heel aangenaam of zeldzaam, anderen beklemtonen net het groepsgebeuren en de gezellige sfeer. Soms zijn er ‘moderne’ houtbewerkers bij die genieten van de stilte of de afwezigheid van machines. Anderen zijn trots en hadden niet gedacht dat ze zoiets sobers, mooi en functioneel konden maken in een aantal uur. Ik zie mensen voelen en ruiken aan het hout, anderen willen alles weten over de bomen en waar het hout vandaan komt. Mensen met een technische achtergrond willen vaak meer weten over de traditionele gereedschappen en anderen kijken al uit naar het afwerken, schilderen of decoreren van hun lepel. Kinderen en jongeren lijken zich vaak minder bewust van het proces. Voor hen voelt het vaak veel natuurlijker en vanzelfsprekend aan om te spelen en te creëren met je handen.

Voor heel wat mensen is het ambachtelijk houtsnijden heel verrijkend en ontspannend. Soms zijn er deelnemers bij wie de houtvonk is overgeslagen en die thuis enthousiast verder snijden. Ik krijg dan regelmatig foto’s doorgestuurd van hun werk en van de keukenlade die traag maar zeker gevuld wordt met eigen creaties. 

Lepelsbroers Harald Lamon en Thomas Reyntens vonden elkaar in hun liefde voor houten lepels en andere groenhouten voorwerpen en bundelden hun krachten via een beurs de Vlaamse overheid voor het doorgeven van vakmanschap in een meester-leerling-traject.

Lepelsnijden | © Harald Lamon