Natuurlijk verven

Wist je dat je met ajuinschillen textiel van een mooie oranje-bruine kleur kan voorzien? Ajuin in de kookpot, lap stof erbij en klaar is kees? Nee, zo eenvoudig is het niet. Natuurlijk verven vraagt kennis, experiment en oefening. 

Voor we dankzij synthetische kleurstoffen alle tinten uit de regenboog in onze kleerkast konden hangen, dook de verver de natuur in. Verven met plantaardig materiaal gaat al eeuwen mee. Ook nu heeft de immaterieel-erfgoedpraktijk heel wat te bieden, waaronder de ecologische eigenschappen. Het is duurzaam en goed voor het klimaat omdat er geen chemische stoffen bij te pas komen.

Van plant tot kleurstof

In België kun je bijvoorbeeld verven met ajuinschillen, de bladeren en bolsters van de walnootboom, bijvoet, de bladeren van de appelboom,... Aardetinten waren vroeger de goedkoopste kleuren. Iemand in een rode jas zag je niet vaak voor de synthetische kleurstoffen uitgevonden waren. Felle kleuren zoals het diepe rood van de cochenilleluis (Mexico) en indigoblauw (India) komen uit andere landen.

Ecoprint is ook een vorm van plantaardig verven. De Australische India Flint rolt eucalyptusbladeren in een doek, wikkelt deze rond een stok en plaatst alles in een bad. Het resultaat is een stof waarin de bladeren gedrukt staan. Deze techniek heb ik ook verder uitgediept en mij eigen gemaakt.

Elke plant en elk soort textiel vraagt een andere techniek of materialen om de kleur over te dragen en te fixeren.

Van generatie op generatie

Ververs vond je in elke grote middeleeuwse stad. Verversdijken en ververijstraten verraden wat ooit was. Elke verfmeester had zijn eigen recepten die hij veilig verborg voor de concurrentie. Een leerling leerde langzaam het vak om later de fakkel over te nemen van de meester. In het atelier werd voor elke kleur een medewerker aangesteld. Ieder had zijn specialisatie want elk kleurenbad vroeg specifieke kennis. 

De kennis van het natuurlijk verven wordt van generatie op generatie overgedragen.

Een introductie in natuurlijk verven kreeg ik aangereikt tijdens mijn studies in het kunstonderwijs, Textiele Vormgeving. Omdat ik het zo interessant vond, ben ik dit zelfstandig verder gaan uitpluizen. Sinds begin jaren '90 ben ik bezig met wol en plantaardig verven. In onze contreien was de praktijk bijna niet meer aanwezig. Alle informatie kwam uit boeken van de jaren ‘70. Ook leerde ik veel uit workshops van onder andere Michel Garcia en Irit Dulman. 

Daarnaast was het in het begin niet zo eenvoudig om materialen te verkrijgen voor het vilten en plantaardig verven van textiel. Om aan de juiste wol te komen, was eigen schapen kweken de oplossing. Daardoor had ik de volledige keten van het maakproces in handen. Tot op vandaag is mijn werkwijze uniek. Ik werk nu ook meestal met aangekochte gewassen wol, maar de keuze om al mijn werk te maken met plantaardig geverfde wol in combinatie met andere ecologische materialen is mijn kenmerk. Ik probeer de ambacht terug levend te maken met mijn workshops in atelier Ailim.

Indigo verven | © Katrien Perquy