Taxidermie. Opzetten van vogels in Stuivenberg

Taxidermie: het opzetten of prepareren van dieren

Taxidermie, het opzetten of prepareren van dieren, is een ambacht waarbij de taxidermist overleden dieren als levend presenteert. ‘Dermie’ verwijst naar het Griekse woord ‘derma’ wat huid betekent. De taxidermist ontdoet het overleden dier van zijn huid en vult deze op met een kunstlichaam. Het vraagt jaren van training om de techniek te verfijnen en om het opgezette dier anatomisch correct te krijgen. Het ontstaan van de moderne taxidermie in Europa situeert zich in de 18de eeuw. Een vroege vorm van het conserveren van lichamen van overleden dieren is bijvoorbeeld al terug te vinden bij de oude Egyptenaren. Zij gebruikten de techniek van het balsemen om dieren te vereeuwigen.

Ook ik wil dieren het eeuwige leven schenken. Ik heb altijd graag dieren gezien en wil niet dat ze bij overlijden zomaar in de natuur verdwijnen. Ik beschouw taxidermie als een circulair gegeven. De dieren waarmee ik werk, zijn niet doodgemaakt om op te zetten. Taxidermisten hebben persoonlijke voorkeuren voor welke dieren ze opzetten. Ik prepareer voornamelijk vogels, af en toe kleine zoogdieren en insecten. Het opzetten van vogels vraagt een heel andere werkwijze dan het opzetten van insecten. Het is veel bewerkelijker.  

Het opzetten van vogels

Er zijn twee categorieën van inkomende dieren. Enerzijds prepareer ik vogels op vraag van klanten. De vogel was het huisdier van de klant of leefde in het wild. Voor dode vogels die in het wild gevonden zijn, moet de klant een goedkeuringsattest kunnen voorleggen. Anderzijds koop ik soms overleden vogels van kwekers aan. Alle procedures verlopen volgens strikte regelgeving.

De vogel wordt ter bewaring na overlijden zo snel mogelijk ingevroren in een plastic zak. Het bevroren lichaam van de vogel laat ik ontdooien, totdat de bovenste huidlaag losser zit. Via een snede met een scalpel op het borstbeen maak ik de opperhuid voorzichtig los van het lichaam. Enkel de huid  waar de veren aan vasthangen en de schedel met snavel bewaar ik. Het villen vergt volledige concentratie. Mijn wereld vernauwt zich tot het lichaam van het dier en de handeling. Het brengt me in een soort van trance. Om het ontbindingsproces tegen te gaan, looi ik de huid met looistof voor vogels. In een volgende stap was ik de huid en veren met groene Dreft en L5-vogelshampoo. De reiniging maakt de veren extra fluffy. Het is ook een essentiële stap om de huid en veren tegen ongedierte te beschermen. Vroeger gebruikten taxidermisten hiervoor onder andere het giftige arseen.

De vorm van het vogellichaam maak ik na met houtwol (voor kleine vogels) of met PU-schuim. Als het ware beeldhouw ik een nieuw lichaam naar de verhoudingen van het oorspronkelijke. Hierbij vertrek ik steeds minder van standaardlichamen in PU-schuim. Deze zijn voor verschillende diersoorten te koop. De nek, vleugels en poten verstevig ik met metaaldraad; verdikkingen kunnen aangebracht worden met katoenen watten. Over het kunstlichaam bevestig ik de (half natte) huid met veren en naai deze dicht. Nadien droog ik de huid en veren met koude lucht van een krachtige hondendroger. In de afwerkingsfase bevestig ik kunstogen. Met een pincet leg ik urenlang elke individuele pluim goed, totdat ik aanvoel dat alles op zijn plaats valt.

Iedere stap in het proces bestaat uit diverse technieken die ik blijf perfectioneren. Iedere taxidermist ontwikkelt ook een eigen presentatiestijl. Ik hou ervan om de geprepareerde dieren zo natuurlijk mogelijk te presenteren. Hiervoor kijk ik uit naar mooie tweedehands stolpen of koop ik klassieke zwarte gedraaide postamenten aan. Wanneer ik in opdracht werk, bijvoorbeeld bij het opzetten van een overleden huisdier, bespreek ik de presentatievorm met de klant.

Het doorgeven van het vakmanschap

In Vlaanderen zijn er niet veel taxidermisten en is er geen opleiding voor het ambacht. Ik leerde de basis van de taxidermie in een aantal workshops van een Antwerpse mentor. Deze basiskennis breidde ik uit door doorgedreven oefening. Ik nam ook deel aan workshops van diverse taxidermisten in mijn eigen atelier. Nog steeds evolueert mijn vakmanschap. Ik blijf de techniek en het aanvoelen verder ontwikkelen. Taxidermie is een sensoriële activiteit. Iedere taxidermist heeft zijn eigen trucjes, een soort van beroepsgeheimen. Bij de jongere generatie van taxidermisten is er meer openheid om kennis te delen. Ondertussen geef ik zelf workshops in mijn atelier. Na afloop blijft het contact met de cursisten vaak behouden, waardoor ik mee een soort van taxidermiegemeenschap creëer.

De oude apotheek met winkel en atelier

In 2019 kocht ik een prachtige oude apothekerswinkel in de bruisende Stuivenbergwijk, vlakbij mijn woning. In dit pand met zijn grote glazen kasten, bracht ik een winkel en mijn voormalig thuisatelier onder. In deze setting creëer ik met mijn taxidermie een eigen mininatuurhistorisch museum, waar klanten creaties rechtstreeks van mij als maker kopen. Ik hoop dat ze deze creaties voor lange tijd zullen koesteren. De meeste klanten bezoeken mijn winkel gericht maar ook buurtkinderen komen graag en spontaan over de vloer. Door de locatie in een superdiverse winkelstraat, maken buurtbewoners op een ongedwongen manier kennis met het ambacht en de klanten met de wijk.

Taxidermie: afwerking van een geprepareerd eendenkuiken: de eend wordt gedroogd en in de finale pose gezet. | © Ilse Vandeplas