De eerste ontdekkingen in het wild weven: van bramen tot bosrank
19 maart 2024
De tijd tussen het indienen van het dossier in september 2023 en de daadwerkelijke start van ons traject in januari 2024 leek oneindig te duren. Maar hier zijn we dan, eindelijk gestart!
Anke en Joëlle (Natuuracademie) trokken al enkele keren naar het Waalse Pecrot om in de leer te gaan bij Valérie (www.valchezval.com)
Januari
Onze eerste dagen samen werden gevuld met oogsten van de eerste planten, het bijschaven van ons ietwat roestige Frans en het verder kennismaken met elkaar.
De focus lag aanvankelijk op het oogsten en verwerken van bramen, want vooraleer we kunnen beginnen vlechten moeten er natuurlijk planten zijn.
Lange, dikke stengels werden gespleten en van hun kern ontdaan om te dienen als vlechtband ("éclisses"). In de imkerij wordt dit nog steeds "braamspleut" genoemd. Ook werden lange dunne uitlopers geoogst om te gebruiken als wevers voor bijvoorbeeld een rib mand.
Het aanleren van een ambacht met bijbehorend vakjargon in een andere taal blijkt op zichzelf al een uitdaging. Gelukkig hebben we ons voorafgaand aan de start uitgebreid ingelezen in het Frans. Want hoewel er in het Nederlandse taalgebied bijzonder weinig te vinden is rond dit thema kan je je in het Frans helemaal verdiepen in ‘le vannerie sauvage’. Een aanrader is het tijdschrift “Le lien creatif”. Met een vertaal-app en google erbij werkten we al een tweetalige lijst uit met plantennamen en vakjargon.
Februari
Februari bracht ons op een miezerige dag op zoek naar dunne wilgentenen en rode kornoelje. De laatste werd gebruikt voor onze eerste kennismaking met het willekeurig vlechten, ook bekend als 'random weave' in het Engels en 'aléatoire' in het Frans. Dit bleek uitdagend te zijn! In tegenstelling tot andere vlechttechnieken, waarbij je vertrekt vanuit een vaste structuur en rechtlijnige techniek, moet je bij random weave vertrouwen op het proces. Je bouwt eerst op met dikkere takken en verweeft dan dunne sprieten om het geheel steviger te maken. Het moment om de dikkere takken te verwijderen gaat heel erg op gevoel en is niet zo gemakkelijk te bepalen. We braken er beiden ons hoofd over.
Naast onze bijeenkomsten verzamelde Anke alvast wat klimop voor toekomstige projecten en maakte ze een heuptasje, terwijl Joëlle een grote mand maakte van brem en dennennaalden.
Maart
Maart bracht eindelijk een beetje zon! Dit was het perfecte moment om te leren hoe je bosrank kunt verwerken. We stookten een vuurtje om de wikkels van bosrank enkele uren te koken, zodat de bast gemakkelijk loskwam. Hierdoor kregen we buigzame stengels (ideaal om te weven) en mooie gele vezels voor touw. De buigzame stengels werden gebruikt om hoepels te maken voor onze eerste rib basket. Deze werden met het bekende 'gods oog' (l'oeil du vannier/dieu) aan elkaar bevestigd, waarna we wilgentakken als ribben toevoegden. Daartussen weefden we met braam en dunne (of gespleten) stengels bosrank. De lichte kleur van de bosrank stak prachtig af tegen de donkere bramen. Als laatste voegden we in het midden van de mand nog wat 'random weave' van rode kornoelje toe.
Online cursus spiraalvlechten
Voor zij die net zo enthousiast zijn als wij om te leren vlechten met wilde planten, schrijf je nu in voor onze online cursus spiraalvlechten. Het volgende startmoment is op 28 maart! Ontdek de fascinerende wereld van wild weven en laat je creativiteit de vrije loop.
>> Klik hier om je in te schrijven
Werkplaats Immaterieel Erfgoed en Departement CJM zijn niet verantwoordelijk voor dit blogbericht.