Militaire herdenkingen met de Grenadiers van Montenaken
“Wilden de gesneuvelden helden zijn? Neen, zij vochten voor vrede. Als we hen echt willen herdenken en eren moeten we ons allen, elk op zijn eigen plekje en met eigen mogelijkheden, actief inzetten voor vriendschap en vrede!” (Priester tijdens een eucharistieviering op 11 november, Gingelom).
“Grenadiers” is de benaming voor soldaten gespecialiseerd in het werken met handgranaten. De eerste grenadiers leefden op het einde van de zestiende eeuw en waren niet georganiseerd. Dat veranderde tegen het midden van de zeventiende eeuw. Het Belgische Regiment Grenadiers had naar schatting 3.000 officieren, onderofficieren en soldaten in haar rangen. Duizenden onder hen zijn gesneuveld tijdens de twee wereldoorlogen.
Door de jaren heen zijn de herdenkingsactiviteiten van de meeste Belgische militaire eenheden in de vergeethoek geraakt. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld Groot-Brittannië, waar die herdenkingen nog heel levendig zijn. De Britse Grenadiers, met hun rode uniformen en prachtige berenmutsen, zijn internationaal erg bekend.
Verderzetting van militaire herdenkingsplechtigheden
De Grenadiers van Montenaken willen de tradities van het Belgische Regiment Grenadiers van 1836 en de herdenkingstradities voor oorlogsslachtoffers in ere houden. Ze herdenken op originele manier de gesneuvelden en oorlogsslachtoffers van de beide wereldoorlogen en van de (vredes)operaties op 8 mei en 11 november. Dit doen ze in traditionele kledij en met de militaire dril (het oefenen in het opvolgen van militaire bevelen) uit 1836, het jaar van oprichting van het Regiment Grenadiers.
De Grenadiers van Montenaken werken aan een heropleving; niet alleen met uniformen van de Grenadiers, maar ook met uniformen van alle mogelijke traditionele eenheden die België gekend heeft. Het volstaat voor hen niet om deze tenues in een museum te kunnen bewonderen. De waarden die de musea uitdragen naar de mensen, willen ze kunnen brengen naar de bevolking.
De Grenadiers van Montenaken zijn opgericht door en met de betrokkenheid van (ex)militairen. De samenstelling van de groep is uniek en bestaat zowel uit (ex)militairen als geïnteresseerden zonder militaire achtergrond. Er nemen een veertigtal mensen deel aan de optocht: jongeren en ouderen, mannen en vrouwen tussen elf jaar en tachtig jaar. De vereniging telt zes vlaggendragers, veertien muzikanten en een twintigtal “grenadiers” onder haar leden.
De bezetting van de muzikanten bestaat uit drie zware trommels, zes lichte trommels, één piccolo, twee dwarsfluiten en één klarinet. Voor de muzikanten loopt een majoor-tamboer. Dat is iemand die met een mace, een grote stok met een bol aan het eind, tekens geeft aan de muzikanten. Zo weten zij wat er moet gebeuren. Sommige muzikanten zijn lid van de plaatselijke harmonie St.-Cecilia en Hoger-op Mielen. Ook enkele trompetters van de Harmonie Sint Cecilia versterken de muzikanten voor het spelen van bepaalde muziekstukken.
Bij de grenadiers stappen een majoor (voorzitter), een eerste luitenant en een onderluitenant mee. Elk detachement staat onder leiding van een “officier”. Er is ook een heraut aanwezig, iemand die militaire berichten overdraagt als een soort postbode. De heraut roept de namen van de oorlogsslachtoffers af. Er is ook een bevelvoerende officier.
Elk jaar groeit het ledenaantal, traag maar gestaag. Leden die verhuizen blijven toch lid en komen trouw naar de oefensessies. Het wordt echter steeds moeilijker de jeugd te motiveren zich bij ons aan te sluiten. Ledenwerving blijft een uitdaging.
Herdenkingsplechtigheid
De kernactiviteit van de vereniging bestaat uit het organiseren van een herdenking op 11 november, het einde van de Eerste Wereldoorlog en op 8 mei, het einde van de Tweede Wereldoorlog. Dit is een meer dan honderd jaar bestaande traditie.
Het scenario is steeds hetzelfde. De Grenadiers doen een aantal herdenkingsmonumenten in Gingelom aan, waarna er een bijzondere Heilige Mis volgt. Er wordt vanop ongeveer vierhonderd meter naar het herdenkingsmonument gemarcheerd, in de dril van 1836, het jaar van oprichting van het Regiment Grenadiers.
De optocht wordt ingeleid door de plaatselijke harmonie, die zich opstelt bij het monument. Tijdens de optocht wordt de mars van de Britse Grenadiers gespeeld. Deze is in uitvoering makkelijker dan de mars van de Belgische grenadiers. Dan komen doedelzakspelers van de ‘Blended Tartans’ in de optocht, gevolgd door de Grenadiers, de “gewapende” escorte, met een aantal Grenadiers voor de vlaggen en hetzelfde aantal Grenadiers achter de vlaggen. Langs het parcours van de optocht staan veel toeschouwers.
Bij het monument hebben de officiële vertegenwoordigers van het gemeentebestuur (burgemeester & schepenen) postgevat. Nadat iedereen plaats heeft genomen, worden er eerst bloemen neergelegd en wordt het nummer ‘Te Velde’ gespeeld. Dan volgt de naamafroeping van de oorlogsslachtoffers door een grenadier met aansluitend het nummer de ‘Last Post’. Tot slot speelt de Harmonie Sint Cecilia de Brabançonne. Daarna vertrekt de hele parade weer stoetsgewijs.
Na de parade wordt de dag feestelijk afgesloten met een receptie voor veel genodigden, gevolgd door een diner voor de leden met hun partners. Dat is, met 86 inschrijvingen (2022) een levendig, sociaal gebeuren.
Gingelom telt elf kerkdorpen en elk jaar doet men vijf kerkdorpen aan zodat alle kerkdorpen om de drie, vier jaar aan de beurt geweest zijn. De hele herdenking bevordert de sociale cohesie in de gemeente Gingelom. Bovendien treden de Grenadiersook op over de Waalse taalgrens. Via een contact van uitbater van het vaste vergaderlokaal, stappen de Grenadiers ook op in de avondviering van 10 november in de Waalse gemeente Cras-Avernas.
Oefensessies
Om de parade mooi en ordelijk te laten verlopen, zijn er tweemaal per jaar een reeks van zes oefensessies. In het voorjaar in april en in het najaar in oktober. Elke zondagvoormiddag oefenen ze ruim één uur alle aangeleerde bewegingen. Zo zorgen ze ervoor dat de vrouwen en mannen goed voorbereid zijn op alle mogelijke scenarios. De oefensessies in oktober worden uiteraard het talrijkst bijgewoond. De majoor (voorzitter), eerste luitenant en onderluitenant die meelopen, zorgen ervoor dat de groep goed aangestuurd wordt op het marcheren. Elk jaar passeert de parade bij wijze van oefening aan het woonzorgcentrum Ocura te Montenaken. De bewoners appreciëren dit moment enorm.
Andere activiteiten
Behalve de militaire herdenkingsplechtigheden op 8 mei en 11 november, verzorgden de Grenadiers ook de herdenking van de in 1940 neergeschoten Belgische piloot Brel in Montenaken: dertig familieleden van over heel de wereld kwamen naar deze viering. Ook bezochten ze ‘Het Graf van de Onbekende Soldaat’, met een optocht door de straten van Brussel. In 2022 verzorgden ze de Last Post plechtigheid onder de Menenpoort in Ieper, in samenwerking met de Koninklijke Harmonie St.-Cecilia van Gingelom.
Uniformen
Een uitdaging is ook het verwerven van uniformen. De Grenadiers van Montenaken kenden hun oorsprong doordat de oprichter, Wilfried De Vuysere aanvankelijk zes uniforms kon lenen van het Carabiniers-Grenadiers te Leopoldsburg, voormalig Regiment Grenadiers. Momenteel zijn er van hen 34 uniformen in gebruik. De Grenadiers van Montenaken zijn met bijna veertig en vereniging kon in Leopoldsburg niet blijven vragen naar uniformen. De eigen garderobe diende uitgebreid te worden, dus er moesten zelf uniformen aangekocht worden.moesten aankopen. . Men kocht een zevental rode (Britse) grenadiersuniformen aan en men liet er nog zes Belgische (blauw met rode streep in de pantalon) bijmaken. Het kenmerkende aan deze uniformen zit in het hoofddeksel. Oorspronkelijk waren de “berenmutsen” met zwarte berenpels bedekt. Nu kiest men voor zwart namaakbont.
Dat was een heel kostelijke zaak, omdat een uniform laten namaken al snel ongeveer 1200 euro kost, naargelang de graad van de militair. Een berenmuts kost 600 euro en een gordel ruim 100 euro. Wij hebben er zes exemplaren gekocht. Eigenlijk horen daar nog bottinen bij, maar daar was geen kapitaal meer voor.
De grootste uitdaging van het moment, die het bestaan van de vereniging in gevaar zou kunnen brengen, is het feit dat er 34 tenuen geleend zijn en dus geen eigendom zijn. Wat te doen indien het Bataljon Carabiniers – Grenadiers de tenuen die de vereniging in gebruik heeft, plots zou terugvragen?
Ontstaan van de Grenadiers van Montenaken
De Grenadiers van Montenaken, zoals ze nu bestaan, zijn opgericht in 2012 in Montenaken door de huidige voorzitter, Wilfried De Vuysere. Hij was tijdens zijn militaire dienst in 1964 grenadier en van 1969 tot 1974 was hij dienstdoend carabinier. Nu zijn Grenadiers en Carabiniers samengevoegd tot één korps dat in de kazerne van Leopoldsburg zijn thuisbasis heeft. Na zijn militaire loopbaan begeleidde Wilfried de plaatselijke vereniging van oud-strijders van Kortijs, Niel, Vorsen en Montenaken (de westelijke kerkdorpen van Gingelom). Deze vereniging vormde in feite een onderafdeling van de NSB (Nationale Strijdersbond). De oud-strijders zagen met lede ogen aan dat er nog maar weinig of geen publieke aandacht was voor de herdenking op 11 november. Nieuwe ideeën waren dringend aan de orde.
Zo vatte Wilfried het initieel idee op om uniformen te lenen bij de Carabiniers-Grenadiers te Leopoldsburg. Dit waren uniformen van grenadiers zoals ze waren tijdens de Eerste Wereldoorlog. Hij kreeg er aanvankelijk zes. Zo droegen zes mannen uit Montenaken deze uniformen toen ze mee opstapten tijdens de herdenking in 2012. Zo werden “De Grenadiers van Montenaken” een feit. Wilfried is de bevelvoerend officier tijdens de plechtigheden. De ondervoorzitter van de Grenadiers is tevens voorzitter van de plaatselijke harmonie St.-Cecilia; dit zorgt voor een vlotte samenwerking tijdens alle voorbereidingen.
De vereniging had succes en het publiek kwam jaar na jaar talrijker naar de herdenking van de gesneuvelde soldaten. ‘Soldaten' in uniform, muzikanten of sympathisanten: bij de Grenadiers zijn nieuwe leden (M/V/X) steeds welkom.