Morsecode

Morsecode is een universeel communicatiemiddel dat letters, leestekens en cijfers codeert om ze, via een draad of net draadloos, erg snel en vaak over lange afstand uit te zenden en te ontvangen.

Opgebouwd uit een reeks punten (ook wel “dit” genoemd) en strepen (“dah”) maakt morsecode, en dan vooral de internationaal erkende Q-code, het mogelijk om onafhankelijk van taal en schrifttekens met elkaar te communiceren. Waar vroeger het gebruik van morsecode in heel wat beroepssectoren (denk aan het leger of aan weerstations) ingeburgerd was, wordt het nu nog maar in beperkte mate professioneel gebruikt. De kennis van de code is dan ook drastisch gedaald.


Het zijn radioamateurs van over de hele wereld die de kennis over en de praktijk van morsecode levend houden houden. Duizenden radioamateurs gebruiken dagelijks de morsecode om met de rest van de wereld te communiceren. Op dit ogenblik zijn zij de enigen die nog wereldwijd de telegrafie (en dus morsecode) in de praktijk gebruiken. De passie voor de code brengt deze erg diverse groep van mensen samen, en zorgt ervoor dat deze gemeenschappelijke taal blijft leven. Om de code te kunnen zenden en ontvangen is kennis, en dus training en opleiding, vereist. Daarom organiseren de verenigingen van radioamateurs opleidingen, velddagen en wedstrijden, zodat zij hun kennis en expertise kunnen doorgeven. Naast deze kennis vraagt het gebruik van morsecode ook de nodige apparatuur, zoals zenders en telegrafen.


De code werd in 1835 uitgevonden en ontwikkeld door Samuel Morse met het doel deze te gebruiken voor de telegrafie (Grieks voor ‘ver schrijven’). Van bij het begin speelde morsecode een belangrijke rol in de samenleving: beursverrichtingen gebeurden plots veel sneller; mensen konden makkelijker met elkaar in contact blijven dankzij telegrammen; in noodsituaties kon de hulpverlening sneller op gang gebracht worden; het spoorverkeer rekende op morsecode om alles in goede banen te leiden; oorlogsvoering veranderde enorm met de komst van de morsecode; weersvoorspellingen werden accurater omdat er sneller kon gecommuniceerd worden en wetenschappelijk onderzoek op moeilijk bereikbare plaatsen werd mogelijk. Ook voor recreatieve doeleinden werd de morsecode ingezet, zoals bij jeugdverenigingen. De morsecode werd in meer landen gebruikt dan er gesproken talen zijn. Met de komst van de satellietcommunicatie en de informatica kwam de morsecode snel in onbruik op het einde van de 20ste eeuw.