Handweven, Mariale Ommegang Nazareth en jachthoornblazen op Fürst-Pless- en Parforcehoorn erkend als immaterieel erfgoed
10 januari 2024De Vlaamse minister van Cultuur plaatst drie nieuwe erfgoedelementen op de Inventaris Vlaanderen voor het Immaterieel Erfgoed. Handweven, de Mariale Ommegang in Nazareth en het jachthoornblazen op de Fürst-Pless- en Parforcehoorn behoren nu officieel tot het immaterieel erfgoed in Vlaanderen.
De Inventaris Vlaanderen geeft een overzicht van ons niet-tastbaar erfgoed: onze kennis, gewoontes, gebruiken en praktijken die zo belangrijk zijn dat we ze moeten koesteren om aan volgende generaties te kunnen doorgeven. De minister kan 2 keer per jaar nieuwe elementen toevoegen aan die Inventaris. Hij wordt hierin geadviseerd door de Expertencommissie Immaterieel Cultureel Erfgoed.
Minister van Cultuur Jan Jambon: “Met trots voeg ik de drie nieuwe immateriële erfgoedelementen toe aan de Inventaris Vlaanderen. Ze tonen hoe rijk en divers onze erfgoedtradities in Vlaanderen zijn. Ik wil ook de betrokken erfgoedgemeenschappen en alle vrijwilligers bedanken die zich dag na dag onvermoeibaar inzetten om het erfgoed levend te houden en door te geven aan de volgende generaties.”
Handweven
Handweven is een handwerktechniek om textiel, zoals kledij, tapijten of huishoudtextiel, te vervaardigen. Naast breien, naaien en haken is het één van de bekendste en meest beoefende handwerktechnieken. De handwever bedient een manueel weefgetouw waarop twee sets draden loodrecht met elkaar worden vervlochten: de kettingdraad die over de lengte loopt en de inslagdraad die de kettingdraden kruist.
Handweven is eeuwenoud. Reeds in de prehistorie werden plantenstrengen ineengevlochten. Ook in tijden van industrialisering blijft handweven populair. De techniek biedt meer mogelijkheden om te experimenteren met materialen en ontwerpen dan het machinaal weven. In Vlaanderen zijn heel wat handwevers actief. Dat zijn niet enkel hobbyisten. Zowel in de kunstensector als de bedrijfswereld (stalenproductie) zijn handwevers werkzaam. Het is een oude ambacht met interessante hedendaagse toepassingen. Handweven mixt kennis, kunde en traditie met creativiteit en innovatie.
Handweven wordt overal ter wereld en in alle culturen beoefend. Het is immaterieel erfgoed dat velen aanspreekt en mensen met diverse achtergronden verbindt. In de geweven stoffen komen niet alleen vakmanschap en technieken tot uiting, maar ook de rijke tradities en symboliek van diverse culturen. Zo fungeert het handweven als een venster op een wereld van verscheidenheid. Door culturele uitwisseling en samenwerking kan het ambacht bijdragen tot begrip, respect en waardering voor verschillende levenswijzen over grenzen heen.
Wie meer wil weten over handweven of weven in het algemeen kan terecht in het Industriemuseum in Gent. Dat museum heeft een uitgebreide textielcollectie die de geschiedenis van de textielindustrie in de regio illustreert. Het museum organiseert regelmatig tentoonstellingen en evenementen om het publiek te informeren over de geschiedenis van het (hand)weven. Het museum biedt ook workshops en cursussen aan om mensen te leren hoe ze moeten weven en om de vaardigheden van het handweven te behouden. Daarvoor doet het beroep op gepassioneerde medewerkers en vrijwilligers.
De werkgroep ‘Weven in Vlaanderen’ brengt mensen samen die een hart voor handweven hebben: ontwerpers, opleidingen handweven, weefgetouwbouwers, musea … ETWIE - de expertisecel voor technisch, wetenschappelijk en industrieel erfgoed – coördineert dit netwerk.
Contact:
- Hilde Langeraert (conservator), hilde.langeraert@stad.gent / 09 323 65 00
- Sanne Van Bellingen (ETWIE), sanne@etwie.be / 0494 84 49 32
Mariale Ommegang Nazareth
In de Oost-Vlaamse gemeente Nazareth organiseert een kleine groep vrijwilligers jaarlijks de Mariale Ommegang. Die ommegang vindt altijd plaats op 8 september, het feest van de Onze-Lieve-Vrouw-Geboorte. Volgens plaatselijke legenden ontstond de ommegang omstreeks 1240. Toen zou een biddende menigte samengekomen zijn rond het beeld van Maria dat aan een boom hing.
De Mariale Ommegang start en eindigt in de dorpskerk. Tijdens de optocht gaan een 500-tal bedevaarders langs 13 met kleurige bloemen versierde kapelletjes. Zo gedenken ze de 15 geloofsmysteries van de rozenkrans; de belangrijkste passages uit het leven van Jezus en Maria. De gelovigen dragen het 17de-eeuwse Mariabeeld mee en leggen al zingend en al biddend een afstand van 4 kilometer af.
Ook leerlingen van de scholen in de buurt en leden van lokale verenigingen lopen mee in de processie. Na de ommegang worden bezoekers, bedevaarders en processiegangers ontvangen op een ontmoetingsmoment in de voormalige parochiezaal. Het ritueel overstijgt zo zijn religieuze karakter. De ommegang heeft namelijk ook een belangrijke sociale rol. De processie brengt mensen op een laagdrempelige manier bijeen rond zingeving, beleving, traditie en geschiedenis.
De Mariale Ommegang is een goed voorbeeld van de wisselwerking tussen roerend, onroerend en immaterieel erfgoed. Alle vormen van erfgoed komen samen aan bod. Je hebt de eeuwenoude gebruiken, het mystieke heiligenbeeld en de historische kapellen.
In 2025 viert de Katholieke Kerk een Heilig Jaar met als motto “Pelgrims van de hoop”. De organisatoren van de Mariale Ommegang grijpen die gelegenheid aan om van 2025 een speciaal feestjaar te maken.
Contact:
- Greta Peil, werkgroepmarialeommegang@gmail.com / 0471 90 38 01
- Marc Perseyn (voorzitter), 09 385 57 31 / 0475 61 20 62
Jachthoornblazen op Fürst-Pless- en Parforcehoorn
In 2019 plaatste de minister van Cultuur het jachthoornblazen op Franse hoorn reeds op de Inventaris Vlaanderen. Nu komt daar het jachthoornblazen op Fürst-Plesshoorn en Parforcehoorn bij.
De jachthoorn is een natuurhoorn. Dat wil zeggen dat het instrument, in tegenstelling tot de concerthoorn, geen ventielen heeft om verschillende noten te spelen. Op een jachthoorn kan de jachthoornpeler de grondtoon spelen en enkele boventonen. De speler doet dit door op het mondstuk te blazen en de lippenspanning te veranderen. Zo wordt de toonhoogte aangepast en een beperkt aantal noten gespeeld.
Jachthoorntradities zijn niet in België ontstaan maar kennen hun oorsprong in Frankrijk, en Duitsland. De Parforce- en Fürst-Plesshoorn behoren tot de Duitse jachthoorntraditie. De Parforcehoorn heeft meestal een langer gebogen ontwerp, terwijl de Fürst-Plesshoorn korter en compacter is. Beide hoorns hebben een specifieke en herkenbare klank. Ze worden gebruikt in de jachtmuziek. Het repertoire van de hoorns bestaat uit 45 internationaal erkende jachtsignalen en verschillende muziekstukken, waarvan er nog steeds nieuwe gecomponeerd worden.
Jachthoornblazen was ooit een aristocratisch ritueel tijdens de jacht. Het gebruik is echter geëvolueerd tot een hedendaagse vrijetijdsbesteding met een brede schare liefhebbers. Het jachthoornblazen is toegankelijk voor liefhebbers van verschillende achtergronden. Zowel jong als oud kunnen er zich in uitleven. De jachthoorntraditie verbindt een enthousiaste gemeenschap die vastbesloten is om de melodie van de jacht levend te houden in een moderne context. De muziek van de Parforce- en Fürst-Plesshoorn past niet alleen binnen het jachtgebeuren, maar ook binnen bredere activiteiten waarbij de natuur op de eerste plaats staat. Bij het jachthoornblazen staat de schoonheid van de natuur centraal. Dat wordt bekrachtigd door de muziekklanken en de symboliek erachter.
In Vlaanderen wordt het jachthoornblazen voornamelijk beoefend en overgedragen in jachthoorngroepen. Er zijn in onze regio zo’n tiental groepen actief die gespecialiseerd zijn in de Parforce- en Fürst-Plesshoorn. Tijdens wekelijkse repetities krijgen aspirant-jachthoornblazers de nodige kennis en kunde van ervaren spelers. Hierbij komt niet enkel het bespelen van het instrument aan bod – zoals de speeltechnieken en repertoirekennis – maar ook andere zaken die te maken hebben met houding, uniform en (jacht)ethiek. De jachthoorngroepen zijn altijd blij wanneer ze nieuwe leden kunnen verwelkomen.
Contact: Vik Rubberecht, rubberecht@skynet.be, 0493 70 06 21