Spurk kermis

‘Sperrek, zeive haais en geen kerrek’: Spurk is de meest legendarische kermis in omstreken

De vroegste geschreven vermelding over een kermis in Spurk stamt uit 1896. Sindsdien is het traditie op de eerste zondag van augustus en ingeburgerd bij de foorkramers en de bewoners. Waarom men ooit met de kermis gestart is, blijft onbekend. In de kermistijd werd er vroeger grond verpacht, tussen pot en pint. Destijds waren er weinig vormen van plezier of vertier, niet in Spurk en evenmin in het naburige Rooi. Er werd wel al gekegeld voor konijnen en ganzen.

De kermis vindt tegenwoordig plaats aan de spoorwegbrug, Spurkerweg 101, in één grote feesttent. Dit was niet altijd zo. Ooit waren er zelfs drie tenten, van de voormalige schutterijen Sint-Jozef, Sint-Ambrosius  en de groep Aerts-Caubergh met zijn trommelkorps. De opkomst bij de kermis is ooit minder geweest, maar nooit gestopt. De foorkramers zijn namelijk altijd blijven komen. De tenten verdwenen toen de cafés en de schutterijen hun deuren sloten of stopten. (Spurk kent vandaag geen schutterij meer: de laatste schutterij is gefusioneerd met de schutterij van Eigenbilzen.)

De kermis is in principe een volksfeest: een pint drinken, iedereen onder elkaar. De kermis is nooit bekend geweest omwille van de artiesten. De winst gaat naar de gemeenschap in Spurk en naar het verenigingsleven. Zoals bijvoorbeeld een geschenk voor een koppel dat 50 jaar getrouwd is, een bloemstuk bij een begrafenis namens vzw comité Spurk, het Sinterklaasfeest waarbij 60 tot 70 kinderen speelgoed krijgen, met slechts een hele kleine bijdrage van de ouders, enzovoort. Daarnaast gaan de inkomsten naar de vereniging ziekenzorg en de lokale jeugd (bijvoorbeeld de Chiro).

Het comité is het ganse jaar bezig met de voorbereiding van de kermis. De duurtijd van de kermis evolueerde doorheen de tijd: soms een ganse week (van vrijdag tot vrijdag), maar soms ook drie dagen (zaterdag-zondag-maandag). Na de traditionele zondag, werd er nagevierd in de plaatselijke cafés, die waren er in ieder gehucht, in elke straat. De fanfare van Rooi speelde muziek, ganzen werden uitgekegeld. Het huidige comité heeft van de driedaagse een vierdaagse gemaakt: vrijdag kwam erbij. 

Kienen
Steevast wordt er op die vrijdagavond een kienavond georganiseerd, dit is de dag waarop de organisatoren de meeste inkomsten verwerven om de kermis te blijven organiseren. Kritische bewoners van Spurk zeiden destijds: ‘een kienavond in de zomer, zijt ge gek?’ Maar het was een groot succes - en dat is het nog steeds. Soms zijn er wel 500 mensen en te weinig tafels om iedereen een plaats te geven. 

Wielerwedstrijd
Op zaterdagmiddag vindt de wielerwedstrijd plaats, met internationale deelnemers: Nederlanders, Duitsers, Britten, Luxemburgers, … vervoegen het peloton. De koers is gegroeid uit de Gymkana, toen er behendigheidsoefeningen tegen de tijd werden gedaan op de fiets tijdens Spurk kermis. Deelnemers mochten daarbij niet met de voet op de grond komen. Ze legden een bepaald parcours af en wie het minste strafpunten kreeg, was de winnaar. Er zijn vier leeftijdscategorieën voor de wielerkoers in Spurk en je moet aangesloten zijn bij een wielerbond of een dagvergunning aanvragen om te mogen deelnemen. Tijdens de koers staan overal tafels buiten, met taart, gebak en koffie. Spurk kermiskoers: dat is traditie. 

Zaterdagavond vindt het traditionele bal plaats. Zondag vieren de mensen van Spurk kermis bij hun thuis, dan komt de familie. In de namiddag is er kinderanimatie en op zondagavond komt er een groep optreden. 

Taart voor Ziekenzorg
Maandagnamiddag krijgen senioren, zieken, mensen met een handicap, enzovoort gratis gebak en koffie. 300 tot 400 mensen komen dan naar de feesttent. De schuttersgilde heeft deze traditie van ziekenzorg opgezet in 1965 en sindsdien is ze blijven bestaan onder impuls van ‘Maria van Nieris’. De internationaal gerenommeerde dansgroep de ‘Broeveskender’ treedt dan op. Circa 60 kinderen komen dansen. 

Sluitingsbal
Maandagavond is de meest legendarische avond van de vier en vindt het sluitingsbal plaats. Menig koppel uit de buurt verwijst ernaar wanneer je vraagt ‘waar heb je je man of vrouw leren kennen?’, zelfs diamanten paren. Het schepencollege van Bilzen heeft op maandag van Spurk kermis vaak zelfs maar één agendapunt om nadien zo snel mogelijk naar Spurk Kermis te kunnen komen.

Kegelen
Al sterven de oude kegelaars -die elkaar allemaal kenden in vroegere jaren- stilaan uit en trekt deze traditie minder jongeren aan: kegelen hoort bij Spurk. Daarom staat tegenwoordig ook aan het buurthuis het standbeeld van ‘het kegelmenneke’. 

Tijdens het spel wordt er gewed, telkens twee personen tegen elkaar. Ze zetten in of er paar of onpaar omgegooid gaat worden. De gokkers zetten altijd hetzelfde bedrag in. De kegelaar mag zelf ook wedden op de uitslag(en) van zijn worp. De koning is de grootste kegel van de negen. In de glorieperiode van de kegelbaan kwamen taxi’s uit Wallonië, Zonhoven, enzovoort … Ze kwamen zelfs gokken per Ferrari. 

De organisator van de baan regelt de contacten: Wie gooit in welk (half)uur. Een tweede belangrijke rol is weggelegd voor de opzetter: deze persoon zet de kegels en gooit de ‘kloot’ of de bal met een gewicht van 12,5 kilogram naar de kegelaar. En dan wordt er gewed. Het geld ligt op het tafeltje, langs de kegelbaan of op de grond. Het geld wordt geplooid voor het gelegd wordt. 

Ieder kegelaar gooit een half uur. De opzetter wordt betaald door de desbetreffende kegelaar. De opzetter krijgt van de gooier opdrachten: gaffel open, de kegel van de koning gedraaid, enzovoort … De kegels moeten steeds in een vaste vorm worden opgesteld. Zodra er volk is op de kermis, beginnen ze te kegelen. Vroeger heel de nacht door, tot ’s morgens vroeg. Nu moet de muziek, op bevel van de gemeente en politie, stoppen om drie uur. 

Het zware geldspel is al jaren uit de kegelbaan verdwenen; tegenwoordig gokt men voor ongeveer tien euro. Verhalen die in Spurk leven, vertellen dat er vroeger wagens verkocht werden om te kunnen kegelen. De baan staat dus jammer genoeg ook symbool voor veel armoede. De politie kneep een oogje dicht, omdat het gokken een traditie was. Op de kermis staat een grote plaat ‘verboden voor geld te spelen’, oogluikend wordt het echter toegelaten. Voor het comité moet het kegelen een traditie of volkssport blijven. Indien er iemand met verkeerde bedoelingen deelneemt, of teveel vergokt, grijpt het comité in.

Organisatie
Het huidig comité bestaat uit zes bestuursleden en een 80-tal vrijwillige medewerkers uit Spurk en omstreken. Zij begonnen twintig jaar geleden met een heropstart, waarbij de ouderwetse spantent en de traditie van de kegelbaan volgens hen onlosmakelijk bij Spurk Kermis horen.

Bij de herstart besliste het comité om vlaggen met vlaggenstok te laten maken en te verkopen. Deze vlaggen worden nu spontaan uitgehangen zonder dat het comité erom vraagt. De meeste inwoners van Spurk hebben standaard een houder voor de vlaggenstok aan de voorgevel van hun huis bevestigd en nieuwe inwoners komen uit eigen beweging vragen of zij ook een vlag kunnen krijgen. Minimum een week voor Spurk kermis hangen de vlaggen al uit. Als één iemand start, dan hangt de straat binnen een paar dagen al helemaal vol. 

*Gebaseerd op de originele tekst van Jonas Slegers.

*Deze inzending kadert binnen het project Beleving. 100 levende gebruiken en tradities in Limburg. Een initiatief van het Limburgs Volkskundig Genootschap, in samenwerking met ECRU Erfgoed en Erfgoed Haspengouw, Werkplaats immaterieel erfgoed, Openluchtmuseum Bokrijk, Heemkring Vaart, Haspengouw. TV vzw, Academie voor Streekgebonden Gastronomie en AVANSA-Limburg. 

Spandoek Spurk kermis | © /