Broodcultuur, diamantbewerking en het gebruik van braille officieel erkend als immaterieel erfgoed
9 juli 2025De Vlaamse minister van Cultuur plaatst drie nieuwe erfgoedelementen op de Inventaris Vlaanderen voor het Immaterieel Cultureel Erfgoed. Broodcultuur, diamantbewerking en het leren en gebruiken van braille behoren nu officieel tot het immaterieel erfgoed in Vlaanderen.
De Inventaris Vlaanderen geeft een overzicht van ons niet-tastbaar erfgoed: onze kennis, gewoontes, gebruiken en praktijken die zo belangrijk zijn dat we ze moeten koesteren om aan volgende generaties te kunnen doorgeven. De minister kan twee keer per jaar nieuwe elementen toevoegen aan die Inventaris. Zij wordt daarin geadviseerd door de Commissie Immaterieel Erfgoed.
Foto: Blik op een bakkerswinkel - Tartine et Boterham vzw
Broodcultuur
Brood is al sinds de oudheid een vaste waarde in het dagelijkse leven. Van het dikke roggebrood op het platteland tot luxebroodjes in de stad: brood vertelt ons iets over hoe mensen leefden, aten en samenkwamen. Vandaag is broodcultuur veel meer dan alleen voeding. Ze omvat gewoontes, rituelen, tradities, technieken en kennis die van generatie op generatie zijn doorgegeven. Doorheen de tijd veranderde brood en de manier waarop we het maken en eten. De broodcultuur weerspiegelt maatschappelijke evoluties zoals industrialisering, gezondheidsbewustzijn en superdiversiteit.
De broodcultuur leeft dankzij een brede en diverse erfgoedgemeenschap. Die gaat van ambachtelijke en industriële bakkers tot hobbybakkers, thuisbakkers, consumenten, molenaars, onderzoekers en zelfs online communities. Elk van hen draagt op zijn manier bij aan het bewaren, doorgeven en vernieuwen van dit immaterieel erfgoed.
Wie de broodcultuur zelf wil ontdekken, kan terecht in het Bakkerijmuseum in Veurne. Je vindt er demonstraties, tentoonstellingen en verhalen over brood, bakken en bakkers. Ook andere musea in Vlaanderen, zoals het MOT in Grimbergen of het Stadsmuseum in Lokeren, tonen sporen van deze rijke traditie. Zo blijft de broodcultuur zichtbaar, tastbaar en levend.
Foto: LEGO®-brailleblokjes ontwikkeld om braille op een speelse manier te leren en zowel blinde als ziende kinderen samen te laten spelen - Brailleliga
Het leren en het gebruik van braille
Braille is een tastbaar schrift dat al 200 jaar blinde en slechtziende mensen toegang geeft tot lezen en schrijven. Het systeem werd in 1825 ontwikkeld door Louis Braille, die zelf op jonge leeftijd zijn zicht verloor. Hij verbeterde een eerder systeem met reliëfpunten en maakte zo een eenvoudig en efficiënt alfabet. Sindsdien groeide braille uit tot een wereldwijd erkend communicatiemiddel en een belangrijk cultureel erfgoed.
Het leren en gebruiken van braille is meer dan een praktische vaardigheid. Het is een krachtig symbool van identiteit en verbondenheid binnen de gemeenschap van mensen met een visuele beperking. Braille opent de deur naar kennis, onderwijs en sociale uitwisseling. Voor wie van jongs af aan blind is, vormt braille vaak de sleutel tot zelfstandigheid en persoonlijke ontwikkeling. Vandaag is braille nog steeds essentieel voor geletterdheid bij blinden en slechtzienden. Het geeft hen een gelijke toegang tot informatie, studie en werk. Het blijft ook het enige schrift dat volledig gelijkwaardig is aan gedrukte letters voor zienden.
De Brailleliga, opgericht in 1920, speelt een cruciale rol in het ondersteunen van braillegebruikers in België. Ze zet zich in voor het bevorderen van brailleonderwijs, het trainen van leraren en het transcriberen van teksten. Zo zorgt de Brailleliga ervoor dat braille niet alleen een historisch erfgoed blijft, maar ook een levendig en bruikbaar communicatiemiddel voor velen.
Foto: Een diamantslijper kijkt met een loep - De Hantsetters
Diamantbewerking in Vlaanderen
De diamantbewerking is al bijna 700 jaar een belangrijk ambacht in Vlaanderen. De techniek van het slijpen met een roterende schijf en diamantpoeder werd in de 15de eeuw geïntroduceerd in Brugge. Die techniek vormt nog altijd de basis van het slijpproces. In de 16de eeuw verhuisde de sector naar Antwerpen, dat uitgroeide tot het wereldcentrum voor diamanthandel en -bewerking. In de 20ste eeuw kende de diamantnijverheid een grote bloei, met duizenden werkplaatsen verspreid over Vlaanderen. Vandaag zijn er nog zo’n 250 actieve slijpers, verspreid over een honderdtal bedrijven.
Bij het slijpen wordt een ruwe diamant stap voor stap omgevormd tot een schitterende edelsteen. Het ambacht vraagt uiterste precisie en vakkennis. Vroeger gebeurde het slijpen met de hand; vandaag gebruikt men verfijnde apparatuur en software. Toch blijven de traditionele technieken en kennis de basis van het werk.
Wie de fascinerende wereld van diamantbewerking van dichtbij wil ontdekken, kan terecht in Diamantmuseum Brugge, DIVA Antwerpen, het Kempens Diamantcentrum in Nijlen of het Diamantmuseum in Halle-Zoersel. Die instellingen tonen niet alleen historische collecties, maar organiseren ook demonstraties van het slijpproces, vaak met originele werktuigen en persoonlijke verhalen van vakmensen.