Voorouderverering bij Afro-Surinaams gemeenschappen

In de Afrikaanse en Afro-Surinaamse levensfilosofie bestaat de gemeenschap uit drie groepen. De thans levenden, zij die nog geboren moeten worden en de levende doden.
De thans levenden houden de nalatenschap van voorouders in stand en zorgen ervoor dat zij vanuit hun eigen ervaringen en levenslessen waarde toevoegen aan de nalatenschap van voorouders. Tevens bereiden ze zich voor op het overdragen van dit verrijkte nalatenschap aan kinderen en hun toekomstige nazaten: wat is voor hen belangrijk om te weten en overgedragen te krijgen? In die zin past voorouderverering in de Afrikaanse visie op de cirkel van het leven.

Bij Afro-Surinaamse gemeenschappen in België neemt voorouderverering een belangrijke plaats in. Voorouderverering is het levend houden van de naam, het leven en de nalatenschap van overleden familieleden. Voorouders worden gezien als een bron van levenslessen en inspiratie. De vraag wordt gesteld: ‘Wat zouden mijn/onze voorouders in deze situatie hebben gedaan en gedacht?’

Voorouders leven in ons voort. We zijn hier omdat ze zijn voorgegaan en het pad hebben verlicht. We zijn dankbaar voor hun werk en zegeningen. Ze zijn een bron van inspiratie voor ons. Het eren van onze voorouders en helden versterkt de gemeenschap.

Hoewel niet meer fysiek bij ons, blijven we emotioneel en spiritueel met onze voorouders en helden verbonden. Die verbondenheid met hen is ons tot kracht en inspiratie.

Voorouderverering bestaat uit verschillende rituelen:      

  • het maken van een gedenktafel met daarop attributen
  • het spreken tot de voorouders
  • het zingen van liederen
  • het plengoffer
  • het dragen van speciale kleding
  • het eten van speciale gerechten
  • het zichzelf onthouden van genot
  • de (symbolische) laatste rustplaats van de voorouders in ere houden.    

Een aantal rituelen zijn dezelfde voor de verschillende Afro-Surinaamse gemeenschappen. Sommige zijn dan weer heel specifiek voor een bepaalde deelgemeenschap of worden anders ingevuld.      

Enkele voorbeelden:

  • Een gedenktafel is vaak gedecoreerd met een witte doek (die staat voor reinheid), waarop een kaars, een belletje, een transparant glas met helder water en een tweede glas met palmalcohol staat. Daarnaast zijn er thee, koffie en cacao en beschuit met roomboter en kaas. De typische plantagegewassen, luxeproducten, die hun voorouders wel moesten verbouwen, maar niet mochten consumeren. Zij kregen droog brood (gesymboliseerd door beschuiten), maar boter en kaas was voor de slavenopzichters. Dit alles staat op tafel voor als een voorouder wil langskomen.
    Veel voorouders kregen geen laatste rustplaats. Om hen te eren, krijgen ze nu de luxewaren aangeboden die ze vroeger niet kregen.
    Tenslotte vinden we ook de gerechten Asogri en Sukru Ertji op deze gedenktafel. 
  • het voorouderritueel begint steeds met het reinigen van je handen. In principe moet het hele lichaam gewassen worden, maar symbolisch wast men alleen de handen. Dit gebeurt met helder water, eventueel vermengd met bloemen of een lekkere geur, in een grote kalebas. Pas na dit ritueel reinigen kan je de ruimte binnengaan, waar de voorouderverering plaats vindt. Pas na dit reinigingsritueel wordt de plaats waar je binnen gaat, symbolisch jouw tempel, jouw ruimte waar je de specifieke handelingen van voorouderverering kunt uitvoeren.
  • Het spreken met de voorouders begint met het rinkelen van het belletje in combinatie met een specifiek lied, waarin de slaven zingen over hun verdriet. Zo worden de voorouders opgeroepen. Een voorouder die op bezoek komt, kan tijdelijk bezit nemen van een aanwezige, deze gaat in trance en via deze persoon vertelt de voorouder wie hij of zij is. Met de palmalcohol wordt de trance opgeheven. Deze alcohol wordt op alle gewrichten, alle ‘scharnieren’ van het lichaam van de persoon in trance, gesprenkeld. De voorouder verdwijnt en de persoon wordt terug ‘helder’.
  • Speciale gerechten zijn onder andere Asogri en Sukru Ertji (suikererwtje). Asogri is een gerecht op basis van gebrande en met de vijzel en stamper gemalen maïs en rietsuiker. Sukru Ertji is gemaakt van gebrande mais, gebrande pinda en gebrande kokosnoot. Een oven had men niet, dus werd alle op een houtvuur gebrand en tot een brij gekookt met water en rietsuiker. Daarvan werden dan klontjes gemaakt. Deze lekkernijen werden gemaakt van wat ze achter hielden bij het werken op het veld.
  • Het dragen van speciale kleding: Veel Afro-Surinamers dragen eenvoudige en sobere gebroken-witte en blauwe kleding bij begrafenissen en herdenkingen. Dit in tegenstelling tot andere feesten waar veel meer kleuren en pailletten van de partij zijn.
  • Bij een plengoffer wordt een kalebas gevuld met bronwater of regenwater. Alleszins het meest heldere water dat je kan vinden. Men start dan met het ritueel reinigen van de handen. Dan kiest men een plek uit met aarde, liefst bij een boom, want dat is symbolisch de plaats van de voorouders: als ze moesten rusten of vergaderen, deden ze dat onder een boom, ze hadden niets anders. Dan volgt een dankwoord voor de strijd die ze leverden, zodat wij vandaag hier kunnen staan. Daarna vraagt men de voorouders om ervoor te zorgen dat wat we doen, goed verloopt, dat er geen ruzie is, dat er vrede is, geen slechte energie en dat mensen veilig thuis komen. De voorouders worden dus bedankt, om een gunst gevraagd en er wordt geluisterd naar de boodschap die zij voor ons hebben. (Na een dergelijk plengoffer, krijgt één van de aanwezigen vaak een droom met een boodschap.)
    Tenslotte sprenkelt men met water. Als water puur is, dooft het vuur. Als er iets van kwaadheid, hitte, vijandigheid, of slechte energie is, kan je dat met water afkoelen. Dit sprenkelen van de aarde doe je op blote voeten. Het maakt dat je gaat aarden, zo goed mogelijk aarden met de voorouders.
    Aan het eind van het gebeuren dank je de voorouders opnieuw en wordt gevraagd om een behouden thuiskomst voor alle aanwezigen. Eveneens wordt aan de voorouder gevraagd om terug te keren.

 

De traditie van voorouderverering is onderdeel geworden van het erfgoedlandschap door de vestiging van mensen die hun culturele wortels hebben in Midden- en West-Afrika. In de toenmalige koloniën en na de onafhankelijkheid werd voorouderverering in besloten kring beoefend. Het was veelal niet toegestaan om dat in het openbaar te doen. De laatste decennia zien we steeds meer dat de oude rituelen worden toegepast. Niet alleen in huiselijke kring, maar ook tijdens officiële gelegenheden. Denk daarbij aan uitvaart- en rouwceremoniën na het overlijden van een persoon. Maar ook tijdens de jaarlijkse herdenking van diens overlijdensdag. Ook maakt voorouderverering steeds vaker deel uit van de viering van afschaffing en herdenking van de trans-Atlantische slavernij.                                   

Voorouderverering heeft nog op een andere manier invloed op het dagelijks leven van mensen met Afrikaanse roots. Het zorgt ervoor dat men ook bij leven inzet toont om de ouders te behandelen als toekomstige voorouders,      

  • door hen bij leven lief te hebben en te eren
  • door met trauma's, tijdens het opgroeien met hen, in het reine te komen
  • door hun nalatenschap helder te krijgen
  • door hen een waardig afscheid te geven  

Afro-Surinaamse gemeenschappen ontdekken steeds meer dat voorouderverering een verbindend element is. Niet alleen omdat ze het op vrijwel dezelfde manier beoefenen. Maar vooral vanwege het bewustzijn dat voorouderverering een van de belangrijkste elementen van de Midden- en West-(Surinaams-) Afrikaanse cultuur is.   

Rituele handenwassing bij voorouderverering | herdenking slachtoffers slavernij, 30 juni 2023 | © Etienne Beel Photography