Draai- en dansorgels bewonderen en herstellen
Een dansorgel is een draaiorgel, de voorloper van de jukebox. Deze orgels vormden steevast het pronkstuk van danszalen en cafés. Soms werden ze ook verplaatst van de ene naar de andere kermis. Oorspronkelijk bediende men ze manueel (‘draaien’ - gebeurde ook lange tijd nog op kermissen waar er niet altijd elektriciteit voorhanden was), maar vanaf het einde van de 19de eeuw werden ze aangedreven op gas en kort daarna ook op elektriciteit. Zo bestaan er ook half elektronische orgels. Die bevatten een Hammond orgel, accordeons, slagwerk en eventueel wat pijpwerk. Al die instrumenten worden aangestuurd door een orgelboek of via een computer met ingelezen, gedigitaliseerde orgelboeken.
In België werden de dansorgels door de firma’s Mortier en Decap gefabriceerd. Ze kregen meestal een naam. Het Decaporgel in 'De Zoeten orgel' komt oorspronkelijk uit café De Zeemeeuw in Zeebrugge en werd gefabriceerd door Decap Antwerpen in 1974.
Dansorgels ‘lezen’ de muziek uit ‘boeken’, de partituren. Muziekschrift wordt omgezet naar een systeem van gaatjes die in dun karton worden geslagen. De verschillende bladzijden vormen samen een boek. Door het systeem van gaatjes kan het orgel de partituur ‘lezen’. Vroeger ging dat met luchtdruk, maar meer en meer worden de boeken gedigitaliseerd en worden de orgels aangestuurd door computers.
Ook de toetsen worden pneumatisch aangestuurd. Een plaat met kurken staat boven de toetsen en door middel van luchtdruk worden de toetsen ingedrukt.
Een orgelbouwer moet een basis aan technisch inzicht en ook noties van muziek hebben. Een algemene handigheid is noodzakelijk. De voornaamste technische vaardigheden zijn houtbewerking (voor de kast) en lederbewerking. Het meest voorkomende probleem is immers slijtage aan het leer dat gebruikt wordt om luchtdruk te genereren via kleine blaasbalgjes. Ook het beschilderen van de kast van het orgel is een specialiteit. De typische stijl van weleer is iets waar foorreizigers in thuis zijn.
Eddy Goderis van ‘De zoeten orgel’ in Leffinge (Middelkerke) houdt de traditie van de dansorgelcultuur in stand. Hij kreeg zijn passie voor orgels te pakken op z’n zestiende, in het voormalige orgelmuseum van Koksijde. Het betekende de start van een verzameling en een jarenlange zoektocht naar de technische geheimen van het dansorgel. Een Nederlandse orgelbouwer werd zijn leermeester. Eddy geeft zijn kennis niet structureel door, maar is steeds bereid om mensen te helpen die een orgel willen bouwen.
Mensen als Eddy die kennis hebben verzameld omtrent het herstellen en bouwen van dansorgels, zorgen ervoor dat de voorloper van de jukebox en de hedendaagse dancing voorlopig bewaard blijft. In De zoeten orgel kan je een rondleiding boeken, de evolutie van de technieken en hoe deze instrumenten aangestuurd worden bewonderen en meteen de sfeer van weleer opsnuiven tijdens het nuttigen van koffie en taart. Dans je mee een wals of een tango? Of verkies je de rumba of de foxtrot?