Reuzin Leyn Weckx, de Putheks van Heusden-Zolder

Een oud heksenverhaal vertelt het verhaal van Leyn Weckx, die in 1725 in Eksel veroordeeld werd voor hekserij, onder meer omdat ze ongehuwd zwanger werd. Ze zou terechtgesteld worden op de ‘heksenberg’, een plek in Ham aan de Kerkhovensesteenweg.  Maar ze ontsnapte onderweg naar de terechtstelling in de buurt van Heusden-Berkenbos en ze verdween samen met de Alvermennekes. Dat zijn Limburgse kabouters die ’s nachts de mensen komen helpen. In Berkenbos werd het verhaal van de ontsnapte heks generaties lang verder verteld. Veel later, vanaf de bouw van de mijn van Zolder in 1912, kreeg zij van de mijnwerkers de schuld voor heel wat ongevallen die gebeurden in de mijn van bij de eerste boring.

De geboorte van de putheksreuzin
In de jaren 1985-1987 organiseerden enkele jongeren uit de wijk Berkenbos het ‘Putheksfestival’. Dat was een goede aanleiding om een putheksreuzin te bouwen. Leyn Weckx was namelijk het ideale personage, met al haar oude en nieuwe verhalen. Een karkas van ijzer en plastieken buizen werd gemaakt, evenals het heksenhoofd en aangepaste kleren voor de heks. Zo kon de putheks voor de eerste keer op wieltjes naar buiten komen in 1987. De lokale volksdansgroep ‘De Akkermennekes’ droeg zorg voor de putheks, en ze namen haar soms mee op reis. Dat was niet gemakkelijk met een reuzin van 5m30! Want enkel haar kop ging eraf, en die woog al 17kg. De romp paste niet in sommige autobussen met een te kleine bagageruimte.  De eerste versie van de putheks was vrij rudimentair, er was nog werk aan. Leyn kreeg borsten van isomo-chip, en alle nodige zorgen om enkele keren per jaar buiten te komen. 

De mijnsluiting
In 1992 trok er een zware depressie over Zolder: de mijn werd gesloten. Op de dag dat de laatste kolen werden bovengehaald, stond reuzin Leyn opgesteld bij het ophaalgebouw. De ex-mijnwerkers konden de aanwezigheid van hun ‘onheilsheks’ niet echt appreciëren. Ze verdween voor vele jaren van het toneel. Twintig jaar later was de pijn van de mijnsluiting wat geluwd en kon de putheks opnieuw naar buiten komen. In 2015 kreeg de putheks zelfs een plaats in de pas gerestaureerde luchtfabriek van de mijn. De ex-mijnwerkers werden fier en tevreden dat hun verhalen in leven bleven, ook na de mijnsluiting. 

De wedergeboorte
In die periode begin 21e eeuw was Marcel Veltjen geboeid geraakt door reuzen. Hij nam de zorg voor de putheks op zich en broedde op nieuwe plannen. Leyn Weckx was, als je de legendes goed leest, geen lelijk wijf maar een mooie jonge vrouw. Daarom bouwde Marcel in 2016 een nieuw mooi hoofd in karton maché, stevig en  licht dankzij het toevoegen van een beetje houtlijm aan de kartonpap met behangerslijm. Verder kreeg de putheks ook een nieuw houweel op gepaste grootte, en een halssnoer met vingers die de mijnwerkers in de ondergrond verloren.  

De vernieuwde putheks en haar verhalen kregen sindsdien meer aandacht en bekendheid. Het minigolfterrein van vakantiecentrum Molenheide werd naar de putheks genoemd, in Leuven was er een puthekswandeling … Enkele malen per jaar mocht de putheksreuzin meetrekken in optochten, onder meer in de 5-jaarlijkse reuzenstoet van beide Limburgen. Bij optochten werd ze gezien en bewonderd door tienduizenden. Natuurlijk werd ze niet gevraagd in religieuze processies of historische stoeten, daar past een heks niet in, alhoewel…

Heksenwerk
Meedoen aan een optocht is een dagtaak voor de putheks en voor Marcel: in de kar laden, vervoer, ter plekke opbouwen, meerijden in de stoet, afbreken, terug naar de stalplaats. Maar er is hulp van vrijwilligersen van de harmonie ‘de Verenigde Vrienden’ van Heusden die mee opstappen met een tiental muzikanten. Ze spelen dan een liedje dat speciaal voor de putheks gecomponeerd is, op een tekst van Marcel.

Door al zijn opzoekings- en experimenteerwerk werd Marcel trekker bij ‘Reuzen in Vlaanderen’, samen met Marcel Dumon en Julien Maebe. Daar kan hij zijn ideeën doorgeven voor het bouwen van nog betere en mooiere reuzen: goede proporties, grotere hoofden en lichtere constructies zodat reuzen die nu op wieltjes rollen weer draagbaar worden en echt kunnen dansen. Daarbij verkondigt Marcel met veel passie dat een echte reus niet alleen mooi moet zijn, maar ook verhalen moet vertellen door zijn aankleding. Op die manier werkt een reus verbindend, brengt het mensen samen en versterkt het hun eigenwaarde, hun identiteit. 

Reuzen zijn zelfs symbolen van vrijheid. Ze werden in het verleden verboden door Keizer-koster Jozef II, door streng protestantse besturen, gedurende de Franse revolutie en door Napoleon. Maar telkens kwamen de reuzen snel terug op straat, zodra de potentaat verdwenen was met zijn verbod. Na de corona-periode gebeurde hetzelfde. Daarom zijn reuzen belangrijk.

Putheks Leyn Weckx leeft
Leyn Weckx is sinds een tiental jaar een vaste waarde geworden in Heusden-Zolder. Er werd zelfs een straat naar haar vernoemd, op aangeven van Marcels dochter. Ook de ex-mijnwerkers appreciëren haar nu. En er zijn plannen dat de lokale academie een musical zal samenstellen over de putheks Leyn Weckx.

Marcel is terecht fier op zijn  reuzin, die leeft dankzij zijn passie voor geschiedenis en erfgoed. Die passie is besmettelijk, want ook zijn zoon en dochter zijn mee actief in het team Leyn Weckx. Wanneer Marcel zijn kleinzoon optilt, dan voelt die zich ook al een reus.

 

*Gebaseerd op een gesprek door Luk Indesteege met Marcel Veltjen (4 december 2023).

*Deze inzending kadert binnen het project Beleving. 100 levende gebruiken en tradities in Limburg. Een initiatief van het Limburgs Volkskundig Genootschap, in samenwerking met ECRU Erfgoed en Erfgoed Haspengouw, Werkplaats immaterieel erfgoed, Openluchtmuseum Bokrijk, Heemkring Vaart, Haspengouw. TV vzw, Academie voor Streekgebonden Gastronomie en AVANSA-Limburg. 

Leyn op de reuzendoop in Gruitrode, 28 aug 2017 | © Marcel Veltjen