Toegepaste kunst als goudsmid. Van ontwerp tot handgemaakt edeljuweel.
De term edelsmid omvat de ambachten van goudsmid en van zilversmid. Beiden bewerken edelmetalen. De zilversmid, gespecialiseerd in het maken en restaureren van decoratieve en gebruiksvoorwerpen, werkt voornamelijk met zilver. De goudsmid maakt juwelen. Naast goud gebruikt hij ook zilver, palladium en platina.
De eerste gouden sieraden dateren uit de jaren 2000 v.C. Ze werden gevonden in historisch Mesopotamië, het huidige Irak. 700 jaar v.C. bereiken de juwelen van de Etrusken in Italië een kwaliteit van ongekend niveau. In de middeleeuwen introduceert Europa de gouden trouwring als symbool voor onvergankelijke liefde. Dankzij de toegenomen welvaart in de zestiger jaren koopt vandaag bijna iedereen ooit een gouden sieraad.
Een juweel ontwerpen begint met een creatief denkproces.
Het schetsen maakt deel uit van de vormelijke creatie, het artistieke traject. Bij een echte kunstenaar komt er in deze fase geen computer aan de pas. Dagenlang tekent hij met potlood in het zwart-wit tot hij naar een afgewerkt ontwerp groeit. De klant krijgt de finale ontwerpversies te zien, getekend met kleuren aquarelpotloodjes en bijgewerkt met aquarelverf. Eens de keuze gemaakt, begint het technische werk.
De goudsmid heeft verschillende mogelijkheden voor het bewerken van het edelmetaal. Of hij werkt rechtstreeks op het goud of hij gebruikt de verloren wastechniek, wel of niet gekoppeld aan 3D computer technologie.
Het handmatige proces start bij een blokje goud dat de edelsmid in draad of plaat smeed.
Een gouden plaat maakt hij met een wals. Voor goud- of zilverdraad van 0,03mm tot 4mm diameter haalt hij het blokje door de trekbank. De goudsmid beoordeelt gevoelsmatig hoe dik de draad moet zijn om exact het gekozen juweel te creëren.
Een juweel bestaat uit een samenstelling van gouden draad en/of plaat en/of edelstenen. De puzzelstukken worden allen zorgvuldig tot op één tiende van een millimeter gemaakt en dan gemonteerd. Dit vergt jarenlange ervaring.
Vijlen, zagen, boren en solderen vormen de technische basisvaardigheden van het ambacht. De vakman heeft een stappenplan en weet perfect in welke volgorde hij de handelingen doet.
Solderen, het verbinden van 2 stukken dankzij goud- of zilversoldeer met een lager smeltpunt dan de te solderen stukken, is het meest essentiële en ook moeilijkste moment tijdens het maken van een juweel. Het bepaalt de perfectie in de eindkwaliteit. De goudsmid soldeert handmatig met een open vuurvlam. Dit vergt vlamcontrole. De manier waarop je opwarmt en waar je de vlam houdt bepaalt waar het soldeer gaat lopen. Te veel soldeer moet worden weggeslepen want dit oogt nooit mooi. En toch moet het sterk genoeg zijn, want het juweel mag niet kapotgaan als je eraan trekt.
Mat of blinkend, het oppervlak van een mooi sieraad is glad en zonder scherpe randen. De keuze van afwerking hangt af van ontwerp en stijl. Een strak juweel vereist meer afwerkingsdiscipline vanaf het begin van het maakproces. Hoe properder het onderdeel helemaal in het begin is gesmeden, hoe gladder de oppervlakte kan worden. Een grovere, matte afwerking kan op het einde worden toegepast. De vakman schuurt eerst met de hand en schuurpapier om nadien te polijsten met een machine of met ingevette katoendraad, zoals in de middeleeuwen. Een oorbel met gepolijste achterkant voelt veel beter aan bij het dragen.
Bij de verloren wastechniek maakt de goudsmid eerst handmatig of met de 3D printer een wassen model, een exacte weergave van het juweel of een onderdeel hiervan.
Rond de was maakt hij een vuurvaste plaasteren mal, voorzien van een gaatje en van kanalen. De mal met was wordt op middelhoge temperatuur verhit, waardoor de was gaat smelten en uit het voorziene gaatje ontsnapt. De rest van de vorm wordt op hoge temperatuur afgebakken. De holte in deze vorm is dus het exacte negatief van het juweel. Via de kanalen wordt de binnenkant gevuld met het gesmolten goud. Eens afgekoeld wordt de plasteren mal opgelost in water en klaar is het stuk voor verdere afwerking.
Het handmatig maken van het wassen model wordt steeds meer vervangen door nieuwe technologie.
Eerst wordt het model op de computer aangemaakt en dan in 3 dimensies geprint. Ideaal voor ingewikkelde organische vormen, die er heel mooi uit komen. Het is minder geschikt voor strakkere en hoekige ontwerpen.
Ambacht leeft en evolueert. Oude technieken moet je koesteren en blijven perfectioneren. Nieuwe technieken vormen een aanvulling. De ene gaat de andere nooit vervangen.
Ten huize Pauwels-Spaenjers staan techniek en vakmanschap centraal. We ontwerpen juwelen met een strakke, minimalistische vormgeving in duurzame materialen. Mijn echtgenoot Audi maakt de ontwerptekeningen. Ik ben meester in de technische aspecten van de edelsmeedkunst. Audi richtte in 1993 de vierjarige studie op ‘Juweelontwerp & Edelsmeedkunst’ aan de Hoge Kunstschool PXL-MAD te Hasselt.