Totemisatie bij de scouts
In de meeste scoutsgroepen in Vlaanderen worden leden op een bepaald moment in hun scoutsloopbaan getotemiseerd. De totemisatie is een soort van overgangsritueel waarbij leden opdrachten moeten uitvoeren. Wanneer ze die opdrachten tot een goed einde brengen, krijgen ze een totem. Die totem is de naam van een dier dat past bij de karaktertrekken van de persoon die de totem krijgt. De precieze manier waarop die totem uitgedeeld wordt en wat je moet doen om de totem te verdienen is echter een goed bewaard geheim. En dat moet het ook blijven, want die geheimhouding draagt bij tot het overgangsritueel.
Wanneer scoutsleden achttien jaar worden, is het tijd voor hun totemisatie. Dat is tijdens hun seniorjaar, het laatste jaar als leden voor ze overgaan naar de leiding. Maar bij andere scoutsgroepen kan dat ook al vroeger gebeuren. In dat jaar worden de leden klaargestoomd om de leidingsgroep te vervoegen. Ze maken kennis met de leiding, doen stages als leiding en kunnen een totem verdienen. De opdrachten die leden krijgen tijdens de totemisatie zijn bedoeld om persoonlijke groei door te maken en de eigen grenzen op te zoeken of te verleggen. De uiteindelijke toewijzing van een totem dient als de opname in de leidingsgroep.
Bij de totemisatie krijgen de leden enkel een dier toegewezen. Later, wanneer ze al in leiding staan, krijgen ze ook nog de kans een adjectief te verdienen. Zo ontstaan bijvoorbeeld de totemnamen Goedgezinde Stern, Beschermende Adder of Enthousiaste Fennek. Nog later, wanneer leiders ermee stoppen en oud-leiding worden, krijgen ze ook nog een kleur toegewezen als deel van de totem. Twee voorbeelden zo’n kleuren zijn: zonnegeel of wijnrood. Eens scoutsleden hun totem verdiend hebben, worden zij ook door iedereen aangesproken met hun totem. Dat is niet enkel een traditie, maar ook een vorm van respect. Je hebt je totem verdient, dus je mag er ook mee aangesproken worden. Al gebruiken de leden wel eens de echte namen van de leiding om hen te plagen of uit te dagen.
Enkel getotemiseerden weten wat er tijdens de totemisatie gebeurt en daardoor vormen ze een hechte groep. Geheimhouding is hier zo belangrijk dat sommigen het idee opperen om mensen die het geheim verklappen, hun totem te laten verliezen. Getotemiseerden van verschillende scoutsgroepen wisselen ook onder elkaar ervaringen uit, want bij elke scoutsgroep gebeurt de totemisatie op een andere manier en het is leuk om te horen hoe andere groepen het aanpakken. De geheimhouding maakt het ook spannender en zorgt ervoor dat leden het beste van zichzelf geven tijdens het ritueel, omdat ze niet weten wat er nog zit aan te komen. Uiteraard gaan er wel wat geruchten de ronde en zijn niet-getotemiseerden erg benieuwd naar het ritueel. De kookouders of fourage, die geen deel uitmaken van de leidingsgroep maar wel mee gaan op kamp, hebben zo bijvoorbeeld een eigen alternatief op de totemisatie ontwikkeld: de ‘fouragisering’, een soort van parodie als reactie op de geheimhouding rond de totemisatie. Wanneer nieuwe ouders zich bij de fouragegroep aansluiten krijgen zij een titel, zoals bijvoorbeeld Goedgemutste Tent of Duracel Bartpak. Dat zijn geen dierennamen, maar wel bijnamen gebaseerd op anekdotes en grappige voorvallen.