Het maken van de lemen ark voor de processie in Alt-Hoeselt
De processie en de lemen ark
Als je hoort dat ergens een ‘ark’ wordt gebouwd, denk je misschien aan een schip, zoals de Ark van Noach of een woonboot of in christelijke context, aan een kist (de Ark van het Verbond). Maar in Alt-Hoeselt is een ark een triomfboog bij een rustaltaar in de processie. Denk maar aan de 'Arc de Triomphe'... Op de zondag na Sint-Jan (de herdenking van de geboorte van Johannes de Doper op 24 juni) vertrekt er een processie in Alt-Hoeselt, die halt houdt bij de lemen ark in het dorp.
Het is een oude traditie, maar niemand weet precies hoe oud. Er bestaat nog een foto uit 1911, waarop de grootmoeder van een dorpsbewoner te zien is, die als jong meisje bij de lemen ark poseert. Vroeger waren er vier arken op het parcour van de processie, daarvan zijn er drie verdwenen. Naast de 'kapel van de Koningin van de Vrede' stond bijvoorbeeld ook een lemen ark op processiezondag. Tegenwoordig prijkt daar een klein maar verzorgd paneel met een bloemen- en bladertekening van een anker op een ondergrond van leem.
De processie houdt halt bij de lemen ark aan de elektriciteitscabine in de Molenstraat. De priester heft de monstrans, iedereen knielt, het koor geeft het beste van zichzelf. Gedurende een tiental minuten staat de lemen ark in het hart van de processie. De ark mag na de processie nog enkele dagen blijven staan. Daarna wordt hij afgebroken en wordt het leem verwijderd. De stelling, de doeken en het houten frame worden opgeborgen tot volgend jaar.
Het maakproces
Het leem wordt op vrijdag bevochtigd en gemengd in een kruiwagen. Op zaterdag wordt het houten frame van de 3,5 m hoge boog, horizontaal op de fuitkisten in de garage van een van de buren gelegd. Anders moet men op de grond werken en dat is lastig voor de rug. Het leem wordt er ongeveer 1 cm dik in aangebracht, goed aangeduwd en vlak gestreken. Dan wordt de tekening erin gekrast en wordt het patroon, de bladeren, graanaren en bloemblaadjes erop gelegd. Waarom de ark uit leem gemaakt wordt? Nat leem plakt goed en heeft een goede stevigheid. En het is een goedkope grondstof die hier voorhanden is.
Gérôme Vonken, één van de bezielers van de lemen ark, maakt al meer dan veertig jaar de tekening voor op de ark. Dat is elk jaar een andere, dit jaar met een poster centraal bovenaan. Een team van enkele buren - jong en oud - legt de blaadjes erop. Ze starten traditiegetrouw om 9u30, rond 13u is alles klaar. Er is geen ‘organisator’, draaiboek of regisseur, iedereen weet wat er te gebeuren staat. Het rustaltaar wordt met een stelling opgebouwd, de ark komt er tegenaan, de aankleding gebeurt met doeken. Op de grond ligt een zeildoek uitgespreid, voor de priester en misdienaars. Enkele bloembakken en -potten zorgen ervoor dat dit zeildoek niet gaat vliegen. 'De versiering in deze straat is blauw', aldus Gérôme, 'elke straat heeft zijn eigen kleur'.
Toekomst
Vroeger was de processie groter, met meer muziek. Sinds enige tijd gaat alleen nog het trommelkorps met de processie mee. De mensen hebben minder voeling met de processie, ze zijn vandaag ook niet meer zo diep religieus als vroeger. En er staan tegenwoordig auto's langs de weg geparkeerd, dat zou je vroeger nooit zien'.
Er is opvolging voor de toekomst, al is het veel minder dan vroeger. De school doet niet meer mee, maar het voortbestaan ligt niet zozeer in de handen van de buurtbewoners, dan wel in die van de kerk, de diaken, de deken... Als zij beslissen om de processie niet meer te laten uitgaan, omdat er niet genoeg priesters meer zijn, dan zal deze traditie ophouden te bestaan. Maar de buren en de buurtbewoners zullen dit wel zo lang mogelijk blijven doen. Alsdus Jannie, een buurtbewoner: 'Mijn dochter is hier ook aan de slag. De volgende generatie draait al mee. Ik maak me daar geen zorgen over.'
Een andere buur vertelt: 'Vroeger waren de arken mooier, er werd met meer mensen, langer aan gewerkt. De blaadjes stonden dichter op elkaar, er werden meer soorten bloemen verwerkt, er waren meer kleuren en de tekening was gedetailleerder.'
*Gebaseerd op een verslag van Karen van Looken.
*Deze inzending kadert binnen het project Beleving 100. levende gebruiken en tradities in Limburg. Een initiatief van het Limburgs Volkskundig Genootschap, in samenwerking met ECRU Erfgoed en Erfgoed Haspengouw, Werkplaats immaterieel erfgoed, Openluchtmuseum Bokrijk, Heemkring Vaart, Haspengouw. TV vzw, Academie voor streekgebonden Gastronomie en AVANSA-Limburg.