Allerheiligenbegankenis in Diest

De Allerheiligenkapel in Diest is al eeuwenlang de hoofdrolspeler van de jaarlijkse Allerheiligenbegankenis (bedevaart) die telkens op 1 november plaatsvindt. De eerste vermelding van de Diestse Allerheiligenkapel dateert reeds van 1307, en de beschrijvingen van een bedevaart naar de kapel in de novemberperiode gaan zelfs terug tot de 12de eeuw. 

Vandaag sieren meer dan 160 heiligenbeeldjes het interieur. Het idee dat gelovigen op één plek meteen terecht konden voor het aanroepen van allerlei heiligen, sprak vanaf het begin meteen aan. Dat maakte van de Allerheiligenbegankenis een erg populaire gebeurtenis. Daar kwam nog eens bij dat 1 november al sinds de middeleeuwen traditioneel de dag is dat de jaarmarkten georganiseerd werden, zodat mensen zich konden bevoorraden voor de nakende winterperiode. De marktbezoekers combineerden dit met een bezoek aan de kapel, en voor de bedevaarders kon een bezoek aan de markt ook niet ontbreken. De combinatie van deze gebeurtenissen zorgde ervoor dat duizenden bezoekers uit de brede regio naar Diest afzakten om aan de begankenis deel te nemen. 

De begankenis wordt steeds voorafgegaan door de kaarsjesprocessie op 31 oktober. In de avond trekt een optocht van de Sint-Sulpitiuskerk langs de Demer naar de Allerheiligenkapel. Er wordt een zegening uitgesproken over de Demer en een litanie opgedragen in de Allerheiligenkapel zelf. Op 1 november vindt er nog steeds een jaarmarkt plaats en start er een noveen (negen dagen durende gebedsdienst) in de Allerheiligenkapel. Dan vindt er elke dag een viering plaats in de Allerheiligenkapel tussen 1 en 9 november. De begankenis kan zo’n 3000 bedevaarders op de been brengen. 

Ex-voto's
Een belangrijk element van de begankenis, is het offeren van de ex-voto’s. Deze wassen beeldjes in de vorm van lichaamsdelen of dieren deden dienst als uiting van dank voor het ontvangen van bepaalde gunsten, of om hulp af te smeken bij een bepaalde heilige. Veelal ging het hier over het genezen van bepaalde kwalen of ziektes. Dit gebruik stamt reeds uit de periode voor Christus, waarbij dergelijke beeltenissen ook gebruikt werden om genezing af te smeken bij de goden. In de 10de eeuw vinden we de eerste vermeldingen van ex-voto’s terug binnen het christendom. Tijdens de Allerheiligenbegankenis werden de ex-voto’s te koop aangeboden in de kapel zelf, maar vooral in het straatje op de Allerheiligenberg dat naar de kapel leidde. Verkoopsters verdrongen elkaar om hun eigen waar aan te prijzen, waarbij ze gebruik maakten van gevatte rijmpjes om potentiële kopers te lokken. Ook deinsden sommigen er niet voor terug om zich voor te doen als weduwes of lichaamsletsels te veinzen, in de hoop medelijden op te wekken en zo hun verkoopcijfers op te krikken. 

Afbeelding: Ex-voto's. ©Stad Diest

Het maken van ex-voto’s was een vrouwelijk ambacht dat doorgegeven werd van moeder op dochter. Aanvankelijk werden alle beeldjes met de hand gemaakt, en als echte kunstwerkjes verfijnd afgewerkt. Tijdens het interbellum werd er overgeschakeld op het gebruik van gietvormen. Na de aankoop betraden de bedevaarders de kapel, waar een grote, houten tafel werd voorzien met daarop een schotel waarin de ex-voto’s geofferd konden worden. Nadien was het tijd voor de zogenaamde kleine of grote beeweg (bedevaart). Bij de kleine beeweg stapten de gelovigen driemaal rond de tafel, waarbij ze bij elke rondgang het reliekschrijn dat op de tafel stond, moesten kussen. De grote beeweg vond buiten plaats, waar de bedevaarders in een nis achter het koor van de kapel een Christusbeeld groetten. Een gebed en een gift in het offerblok sloten het ritueel af. 

Vandaag
Vandaag de dag vindt de Allerheiligenbegankenis nog steeds plaats op 1 november. Hoewel de Allerheiligenberg niet meer vol staat met verkopers, worden de ex voto’s nog altijd gemaakt en verkocht door de familie Juchtmans. Zij leerden het van hun moeder en grootmoeder, en geven hun kennis ook door aan hun kinderen. Het zijn geen souvenirs om mee naar huis te nemen, ze worden nog steeds geofferd in de kapel. Het Comité Allerheiligenkapel schaart zich achter de organisatie, niet alleen van de begankenis, maar ook andere evenementen doorheen het jaar. 

De Allerheiligenkapel is het hele jaar door op vaste tijdstippen geopend voor bezoekers. Een enthousiaste groep vrijwilligers verzorgt het onthaal voor geïnteresseerden en geeft meer uitleg over de geschiedenis van de kapel, de begankenis en de ex voto’s. In 2007 werd ook het boek ‘Een huis van hoop en genezing’ uitgebracht, waarin de geschiedenis van de kapel uitgebreid beschreven staat. Dit boek is nog steeds te koop.

*Deze tekst kwam tot stand met behulp van Lore Derboven. Gebaseerd op getuigenissen van vrijwilligers en op het boek ‘Een huis van hoop en genezing. Volksdevotie en heiligenverering in de Allerheiligenkapel te Diest’, door Fons Bonroy en Felix Van Meerbergen.

Deken Felix Van Meerbergen loopt voorop in de Kaarsjesprocessie | © Bollen