Het bouwen van draailieren
De draailier is een snaarinstrument waarvan de snaren worden aangestreken door een wiel dat gedraaid wordt door de speler. Naast een melodie kan er een begeleidende bourdontoon gespeeld worden en heeft het instrument een ritmische trompetsnaar. De klank lijkt wat op die van een doedelzak.
Al in de 12e eeuw vinden we draailieren terug voor de begeleiding van volkszang in kathedralen. Bij de opkomst van de polyfonie verdwijnen echter de bourdoninstrumenten en dus ook de draailieren en komen ze terecht in de volksmuziek. Ook daar worden ze verdrongen, vooral door de trekzak en de accordeon. Muzikanten zoals Herman Dewit brengen het instrument terug onder de aandacht.
Het bouwen van een draailier is een heel secuur werkje maar eigenlijk kunnen, mits begeleiding, veel mensen het leren en doen. Door de vele vormen van een draailier, is er geen eenduidige beschrijving te geven. Een gitaarvorm heeft namelijk totaal andere bouwtechnieken dan een luitvorm of een tekero (Hongaarse draailier). Voor een gitaarvorm baseer je je op de bouwmethodes van een gitaar en pas je deze aan, voor een luitvorm moet je de bouwmethodes van een luitbouwer kennen … Het is een samengaan van precisie en veel geduld.
Ook hedendaagse technieken worden gebruikt. Zo kan de tangentenkast (hierin komen de toetsen waarmee je de melodie speelt) volledig gelaserd worden (wegens de grote precisie van de gebrande vierkante gaten). Voor het corpus (klankkast) wordt hout gebogen en daarna gelijmd. Het meest artistieke onderdeel is het vrouwenhoofdje dat de sleutelkast (hierin komen de stempennen) siert en dat volledig met de hand gesneden wordt. Het vraagt vooral bereidheid om eventuele fouten te verwijderen en te herbeginnen.
Marc Reymen maakt er zijn hobby van deze oude ambacht te laten herleven en zijn kennis door te geven. Je kan bij hem terecht voor uitleg, demo, het oplossen van problemen aan bestaande instrumenten, opzoekwerk op plannen, het zelf bouwen in zijn atelier onder begeleiding ...
*Marc Reymen werd in 2018, en opnieuw in 2022, erkend als meester in een meester-leerling traject van de Vlaamse Overheid, waarbij hij verschillende leerlingen begeleidt, die zelf leren ontwerpen en bouwen. De leerlingen worden, net als iedereen die zich aandient in het “ateljeeke”, met raad en daad bijgestaan door de meester in hun leerproces waarbij ze hun eigen instrument volledig vanaf nul opbouwen.