Reuzencultuur in Vlaanderen
Reuzencultuur?
De reuzencultuur is heel divers. Zo zijn er reuzen die hun gemeente nooit verlaten en enkel buitenkomen voor specifieke evenementen. Vaak zijn het historische reuzen die worden beheerd door een gemeente. Daarnaast bestaat er een tweede, veel grotere categorie van spiegelreuzen. Ze symboliseren families, bijnamen, ambachten, wijken, volksfiguren … Deze reuzen komen regelmatig buiten, tijdens lokale festiviteiten of in reuzenstoeten, en worden gebruikt als ambassadeur van o.a. reuzengilden, scholen, verenigingen, vriendengroepen en bedrijven. Reuzenstoeten zijn over het algemeen een Vlaams fenomeen, met uitbreiding van Frans-Vlaanderen en zuidelijk Nederland.
Het leven van een reus vertoont veel gelijkenissen met dat van een mens: ze worden gedoopt, ingeschreven in het bevolkingsregister, trouwen en krijgen kinderen. Ieder drempelmoment geeft aanleiding tot een publiek feest, waardoor de reuzen stevig ingebed zitten in onze feestcultuur.
Reuzen zijn wijd verspreid in Vlaanderen. Vandaag wordt de reuzenpopulatie in Vlaanderen geschat tussen de 800 à 1000 reuzen of 2 à 3 reuzen per gemeente. De reuzen zijn sterk verweven met de lokale gemeenschappen: vaak zijn ze de verpersoonlijking van een lokale persoonlijkheid, historische figuur, bijnaam of ambacht. Veel mensen identificeren zich met de reuzen uit hun streek. Op die manier zorgen reuzen voor een gevoel van verbondenheid en gezamenlijke identiteit.
De technieken om reuzen te bouwen zijn heel uiteenlopend. Reuzen worden gemaakt door allerhande ambachtslieden of kunstenaars, die hun eigen vaardigheden in de reus verwerken. Er bestaan geraamten uit wilg, maar net zo goed uit hout, aluminium of koper. De hoofden worden meestal gemaakt met papier-maché of polyester. Aanvankelijk werden alle reuzen gedragen, maar de laatste decennia worden ze steeds vaker op wielen gezet. Zo wordt het tekort aan dragers opgevangen. Door deze inherente dynamiek kan de reuzencultuur overleven.
Geschiedenis en evolutie
De oudste reuzen dateren uit de late 12de eeuw en werden gemaakt voor katholieke processies. In een tijd waarin het gewone volk niet kon lezen, fungeerden reuzen als ‘wandelend godsdienstonderricht’. Vanaf de 15de eeuw deden mythologische reuzenfiguren, zoals Ros Beiaard en Herculesreuzen, hun intrede. Vanaf de late 16de eeuw kregen de reuzen een steeds recreatievere rol door het ontstaan van de ommegangen. Veel geestelijken keerden zich toen tegen de reuzen omdat ze die te werelds vonden. Tijdens de Verlichting (17de-18de eeuw) en de Franse overheersing (1794-1815) werden heel wat reuzen vernietigd. Vanaf de tweede helft van de 19de eeuw steeg de reuzenpopulatie langzaam. Voor een echte revival was het wachten tot de jaren 1950.